toegankelijkheid

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch

[edit]

Etymology

[edit]

From toegankelijk +‎ -heid.

Pronunciation

[edit]
  • Audio:(file)

Noun

[edit]

toegankelijkheid f (plural toegankelijkheden, diminutive toegankelijkheidje n)

  1. accessibility
    Synonyms: benaderbaarheid, genaakbaarheid
    Antonyms: ontoegankelijkheid, onbenaderbaarheid, ongenaakbaarheid